Van onze advocaat kindsdeel. De Rechtbank Rotterdam heeft enige tijd geleden uitspraak gedaan over de noodzaak tot het oproepen van alle kinderen in een zaak waarbij een nalatenschap moest worden verdeeld tussen vijf kinderen.
Erfrechtzaak van vader tegen zijn oudste twee kinderen van zijn in totaal vijf kinderen. Ontvankelijkheidsverweer vanwege processueel ondeelbare vordering. Exceptio plurium litis consortium.
De twee oudste kinderen hebben gelijk wanneer zij stellen dat alle kinderen hadden moeten worden gedagvaard. Alle vijf de kinderen zijn immers erfgenamen in de nalatenschap van de moeder, zodat er sprake is van een processueel ondeelbare rechtsverhouding. Het voert echter te ver om de vader om deze reden niet-ontvankelijk te verklaren. Hij zal in de gelegenheid worden gesteld om de drie jongste kinderen op te roepen op de voet van artikel 118 Rv.
De vader vordert:
- voor recht te verklaren dat de vader aan het testament van 17 mei 1985 nog altijd die rechten kan ontlenen als daarin ten behoeve van hem bepaald;
en voor dat geval tevens:
- de twee oudste kinderen te veroordelen om opgave te doen van alle zaken, goederen, gelden en geldswaarden en schriftelijke bescheiden waarover zij zich reeds voor en ook na het overlijden van hun moeder hebben ontfermd en vervolgens al die zaken aan de vader over te dragen, in die zin dat hij daarover volledig kan beschikken, in het bijzonder de financiële administratie ten behoeve van erflaatster, inclusief bankafschriften en betaalpassen, en wel binnen 7 dagen na betekening aan de twee oudste kinderen van het in deze te wijzen vonnis, op verbeurte van een dwangsom van € 250,- per dag, voor ieder van de twee oudste kinderen, voor elke dag of een gedeelte daarvan dat zij daarmee na betekening van het in deze te wijzen vonnis in gebreke blijven, met een maximum van in totaal € 25.000,-
De twee oudste kinderen vorderen op hun beurt:
- te verklaren voor recht dat de vader geen rechten kan ontlenen aan het testament dat de notaris op 17 mei 1985 heeft verleden;
- de vader te veroordelen tot afgifte aan de twee oudste kinderen van: (1) het restant van de zilveren gebakvorkjes en theelepeltjes, (2) restant gebaksstel, (3) tinnen kan met deksel, (4) briljante ring van grootmoeder, (5) ring met blauwe steen van grootvader en (6) twee koperen tabaksdoosjes, binnen twee dagen na de betekening van het ten deze te wijzen vonnis op straffe van een dwangsom groot € 250,- voor iedere dag dat de vader nalaat geheel dan wel gedeeltelijk aan de inhoud van het in deze te wijzen vonnis te voldoen.
Het verweer van de twee oudste kinderen
De vader heeft enkel de twee oudste kinderen gedagvaard in de onderhavige procedure.
De twee oudste kinderen verweren zich onder meer door te stellen dat de vader niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu hij niet alle vijf de kinderen heeft gedagvaard (zij voeren de zogenaamde exceptio plurium litis consortium aan).
De vader is het hier niet mee eens. Tevens heeft hij aangeboden de andere drie kinderen alsnog in de procedure te betrekken.
Verdeling erfenis tussen vijf kinderen. Alle kinderen moeten worden opgeroepen. Mogelijkheid van herstel van de dagvaarding.
De rechter oordeelt als volgt.
De twee oudste kinderen hebben gelijk wanneer zij stellen dat alle kinderen hadden moeten worden gedagvaard.
Alle vijf de kinderen zijn immers erfgenamen in de nalatenschap van de moeder, zodat er sprake is van een processueel ondeelbare rechtsverhouding.
Het voert echter te ver om de vader om deze reden niet-ontvankelijk te verklaren. Hij zal in de gelegenheid worden gesteld om de drie jongste kinderen op te roepen op de voet van artikel 118 Rv.
Wilt u de gehele uitspraak bekijken? Klik dan hier.
Heeft u een vraag over de vereffening en verdeling van een erfenis, over het kindsdeel of over de legitieme of over het procederen in erfrechtzaken, belt u dan gerust onze advocaat kindsdeel op 020-3980150.