Van onze advocaat erfrecht. Op 3 mei 2017 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan over het inzagerecht van de legataris op bescheiden die nodig zijn voor de berekening van een legaat.

Het geschil tussen partijen had betrekking op de samenstelling en omvang van de erfenis van de erflater. Volgens opgave van gedaagde bestonden de bezittingen van erflater ten tijde van zijn overlijden uit de helft van het saldo van de gezamenlijke bankrekening van erflater en gedaagde, alsmede enkele inboedelgoederen. Gelet op de kosten inzake het overlijden en de crematie van erflater is sprake van een tekort in de nalatenschap, aldus gedaagde.

De advocaat van eiser heeft de juistheid van de opgave weersproken en gesteld dat het, gelet op de inkomsten en het vermogen van erflater, niet juist kan zijn dat zich te weinig in de boedel van de erfenis bevond. Ter verkrijging van duidelijkheid omtrent de nalatenschap vordert de advocaat afgifte van een aantal bescheiden. Hieromtrent werd door de rechter het volgende overwogen.

Inzagerecht van de legitimaris

Op grond van artikel 4:78 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan een legitimaris die niet erfgenaam is jegens de erfgenamen en de met het beheer der nalatenschap belaste executeurs aanspraak maken op inzage en een afschrift van alle bescheiden die hij voor de berekening van zijn legitieme portie behoeft en zij verstrekken hem desverlangd alle daartoe strekkende inlichtingen.

Eisers is geen legitimaris en geen erfgenaam, nu erflater in zijn testament aan ieder van zijn kinderen een legaat heeft toegekend van een bedrag gelijk aan het kindsdeel (erfdeel) dat elk kind zou hebben gekregen als erflater geen wijziging zou hebben gebracht in de wettelijke erfopvolging. Omdat het voor de berekening van dit bedrag nodig is het saldo van de nalatenschap te kennen, maakt eiser in dit geval ook als legataris jegens gedaagde als executeur aanspraak op inzage en een afschrift van alle bescheiden die nodig zijn om het legaat te berekenen en dient de executeur desverlangd alle daartoe strekkende inlichtingen te verschaffen. Voor de berekening van de omvang van het legaat dienen in elk geval verstrekt te worden een overzicht van alle goederen op het moment van overlijden van erflater en een overzicht van alle schulden van de nalatenschap in de zin van artikel 4:7 lid 1 BW (gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 31 december 2013, GHARL:2013:9942).

De vragen van de advocaat van eisers hebben de strekking de executeur rekening en verantwoording te laten afleggen over de periode voor het overlijden van erflater.

Afleggen van rekening en verantwoording

Volgens vaste jurisprudentie kan een verplichting tot het doen van rekening en verantwoording slechts worden aangenomen indien tussen partijen een rechtsverhouding bestaat of heeft bestaan, krachtens welke de één jegens de ander verplicht is om zich omtrent de behoorlijkheid van enig vermogensrechtelijk beleid te verantwoorden. Een zodanige verhouding kan voortvloeien uit de wet, een rechtshandeling of uit hetgeen onder bepaalde omstandigheden volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt (HR 8 december 1995, HR:1995:ZC1911). De advocaat van eiser heeft onvoldoende onderbouwd dat tussen erflater en gedaagde sprake is geweest van een rechtsverhouding op grond waarvan gedaagde het vermogen van erflater beheerde, zodat een verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording in het onderhavige geval niet kan worden aangenomen.

De stelling van de advocaat van eiser dat gedaagde de handtekening van erflater namaakte is niet nader onderbouwd. De advocaat van eiser heeft gesteld dat sprake is geweest van dubieuze geldopnames en dat hij vermoedt dat gedaagde stelselmatig geld van de rekening van erflater heeft gesluisd naar rekeningen die alleen op haar eigen naam stonden.

Zelfs al zou komen vast te staan dat gedaagde geldbedragen van een bankrekening van erflater heeft opgenomen, dan wel tot een hoger bedrag dan waarop gedaagde aanspraak had geldbedragen heeft opgenomen van de gezamenlijke bankrekening van erflater en gedaagde, dan betekent dit echter nog niet dat dit buiten medeweten van erflater of zonder zijn goedvinden is gedaan. Erflater had hiertegen kunnen protesteren maar heeft dat niet gedaan, zodat ervan uitgegaan moet worden dat erflater dat niet heeft gewild, volgens de rechter.

Heeft u vragen over een legaat in een erfenis, de informatieplicht van een executeur of over het afleggen van rekening en verantwoording in het erfrecht, belt u dan gerust onze advocaat erfrecht op 020-3980150.