De Rechtbank Rotterdam heeft onlangs uitspraak gedaan over een verzoek tot opheffing van een testamentair bewind.
Verzoeker verzoekt de rechter om bij beschikking het testamentair bewind betreffende het aan verzoeker toekomende legaat op te heffen.
Verzoeker legt aan het primaire verzoek ten grondslag dat hij gedurende de periode van 2009 tot en met 2014 is behandeld vanwege verslavingsproblematiek en dat hij hiervan is genezen.
In 2017 heeft erflaatster het testament opgemaakt.
Verzoeker hoeft nu niet meer beschermd te worden en hij is niet meer ongeschikt of onmachtig om in het beheer te voorzien.
Hij kan de onder bewind staande goederen zelf op verantwoorde wijze besturen.
De belanghebbende is de door erflaatster benoemde bewindvoerder.
Erfrecht. Verzoek tot opheffing testamentair bewind. Is voldoende aannemelijk dat verzoeker de onder bewind staande goederen zelf op verantwoorde wijze kan besturen?
De rechter oordeelt als volgt.
De belanghebbende heeft geen aanwijzingen dat verzoeker niet in staat is om zelfstandig zijn verkrijging te beheren, zodat zij zich wat de opheffing betreft refereert aan het oordeel van de rechtbank.
Belanghebbende is daarnaast van mening dat aan haar als testamentair bewindvoerder ontslag kan worden verleend.
Op grond van artikel 4:178 lid 2 BW kan de rechtbank op verzoek van een rechthebbende na verloop van vijf jaren na het overlijden van de erflater en indien aannemelijk is dat de rechthebbende de onder bewind staande goederen zelf op verantwoorde wijze zal kunnen besturen, een testamentair bewind opheffen.
Een vergelijkbare bepaling is ook opgenomen onder F.20.D. van het testament van erflaatster.
Erflaatster is in 2017 overleden, zodat onderhavig verzoek na verloop van vijf jaren na het overlijden van erflaatster is ingediend.
Op grond van de stukken, onder meer een verklaring van de GGZ van 20 september 2022 waarin staat dat er vanuit de psychiatrische behandeling geen bezwaren worden gezien als verzoeker zijn eigen financiën beheert, en op grond van de toelichting van belanghebbende dat er wat haar betreft geen aanwijzingen zijn dat verzoeker niet zelf zijn verkrijging kan beheren, is de rechtbank van oordeel dat voldoende aannemelijk is dat verzoeker de onder bewind staande goederen zelf op verantwoorde wijze kan besturen.
De rechtbank zal daarom het bewind opheffen met ingang van heden.
Wilt u de gehele uitspraak bekijken? Klik dan hier.
Heeft u een vraag aan onze advocaat verdeling erfenis over de vereffening of verdeling van een erfenis, over de uitleg van een testament of over de nietigheid van een testament, over de taken en bevoegdheden van de executeur, over het kindsdeel of over de legitieme, of over het berekenen van de legitieme, belt u dan gerust onze advocaat verdeling erfenis op 020-3980150.
Wilt u meer weten over de verdeling van een erfenis, bezoek dan onze website over de verdeling van een erfenis. Klik dan hier.
Wilt u meer weten over het erfrecht, bezoek dan onze website. Klik dan hier.
Wilt u meer weten over ons advocatenkantoor? Klik dan hier.