De Rechtbank Midden-Nederland heeft onlangs uitspraak gedaan over de vraag of een vordering op de nalatenschap uit een geldlening was verjaard.

Eiseres en gedaagde 2 zijn de kinderen van erflater en erflaatster en zij zijn ook de enige erfgenamen van erflaatster.

Op 24 september 2020 is de vereffenaar benoemd in de nalatenschap van erflater.

Eiseres heeft de vereffenaar in zijn hoedanigheid van vereffenaar in de nalatenschap van erflater (en die van erflaatster) in de procedure betrokken.

Ook heeft zij gedaagde 2 als erfgenaam van erflater in de procedure betrokken.

De vereffenaar en gedaagde 2 hebben tegen dit laatste geen verweer gevoerd.

Gedaagde 2 heeft vervolgens reconventionele vorderingen ingesteld.

Erfrecht. Vereffening. Privatieve bevoegdheid van de vereffenaar. Is de vordering op de nalatenschap uit geldlening verjaard? Gedwongen schuldtoerekening.

De rechter oordeelt als volgt.

Zoals tijdens de mondelinge behandeling besproken, is een vereffenaar op grond van artikel 4:211 lid 2 Burgerlijk Wetboek (‘BW’) privatief bevoegd om de erfgenamen in en buiten rechte te vertegenwoordigen.

Dit betekent dat gedaagde 2 als erfgenaam niet zelfstandig in rechte kan optreden, dat gedaagde 2 niet zelfstandig verweer tegen de vordering van eiseres kan voeren en dat gedaagde 2 geen reconventionele vorderingen kan instellen.

De rechtbank zal eiseres daarom niet-ontvankelijk verklaren voor zover haar vordering is ingesteld tegen gedaagde 2 en het verweer van gedaagde 2 zal de rechtbank niet bij de beoordeling van de vordering van eiseres betrekken.

Daarnaast zal gedaagde 2 niet-ontvankelijk worden verklaard in zijn reconventionele vorderingen.

Omdat gedaagde 2 ten onrechte een uitgebreide conclusie van antwoord en van eis in reconventie (en vervolgens ook nog een akte eiswijziging) heeft ingediend en omdat gedaagde 2 en eiseres broer en zus van elkaar zijn, zal hij de proceskosten die hij in verband hiermee heeft gemaakt zelf moeten dragen.

Eiseres vordert een verklaring voor recht dat de vorderingen tot aflossing van de hoofdsom en betaling van de rente die eiseres verschuldigd is op grond van de leningsovereenkomst zijn verjaard.

Eiseres stelt dat de hoofdsom in 2003 dan wel 2008 opeisbaar is geworden omdat zij vanaf 2003 dan wel 2008 is tekortgeschoten in de nakoming van de verplichtingen uit de leningsovereenkomst.

Vanaf 2003 heeft eiseres de verschuldigde rente niet meer betaald (wat zij op grond van artikel V had moeten doen) en in 2008 heeft eiseres met de door haar ontvangen dividenduitkering niet op de hoofdsom afgelost (waartoe artikel V haar verplichtte).

Omdat de wettelijke verjaringstermijn vijf jaar na 2003 dan wel (in ieder geval) vijf jaar na 2008 is verstreken, zijn de genoemde vorderingen uit hoofde van de leningsovereenkomst volgens eiseres verjaard en kan van haar geen nakoming meer worden gevorderd.

Eiseres erkent dat erflater haar niet in gebreke heeft gesteld, iets wat de leningsovereenkomst wel voorschrijft.

Maar omdat deze overeenkomst is gesloten tussen familieleden, was dat volgens eiseres niet nodig.

De vereffenaar meent allereerst dat eiseres geen belang heeft bij haar vordering.

Ook als de vorderingen zouden zijn verjaard, kan de schuld die zij aan de nalatenschap van erflater heeft op grond van artikel 4:228 BW namelijk (nog steeds) aan haar worden toegerekend.

Maar de vorderingen zijn volgens de vereffenaar niet verjaard.

Erflater heeft eiseres namelijk niet in gebreke gesteld, terwijl dit (voor wat betreft de hoofdsom) op grond van de leningsovereenkomst wel vereist is.

Anders dan eiseres stelt, is de vordering tot terugbetaling van de hoofdsom in 2003 dus niet opeisbaar geworden en ook in 2008 niet.

Er is toen dus geen verjaringstermijn gaan lopen.

Gedurende deze procedure is vast komen te staan dat eiseres geen erfgenaam van erflater meer is.

De nalatenschap van erflater zal daarom niet langer tussen [gedaagde sub 2] en haar hoeven te worden verdeeld.

Dit betekent dat er ook geen toerekening als bedoeld in artikel 4:228 BW zal kunnen plaatsvinden. [eiseres] heeft dus wel degelijk belang bij haar vordering.

De vordering zal echter maar voor een klein deel worden toegewezen; alleen voor zover het gaat om de verjaring van de vordering tot betaling van de rente.

De vordering tot aflossing van de hoofdsom is namelijk niet verjaard.

Tussen partijen is niet in geschil dat op de vordering uit de leningsovereenkomst de verjaringstermijn van vijf jaar als bedoeld in artikel 3:307 lid 1 BW van toepassing is.

Deze verjaringstermijn gaat lopen vanaf de dag volgend op die waarop de vordering opeisbaar is geworden.

In artikel V onder 5 van de leningsovereenkomst is bepaald dat de hoofdsom direct opeisbaar is als sprake is van niet nakoming van de verplichtingen én eiseres niet binnen 8 dagen nadat zij in gebreke is gesteld alsnog haar verplichtingen is nagekomen.

Omdat niet is gebleken dat erflater eiseres in 2003 of in 2008 in gebreke heeft gesteld, is de vordering in 2003 niet opeisbaar geworden, en ook niet in 2008.

Omdat ook niet is gebleken dat deze ingebrekestelling later wél heeft plaatsgevonden, kan de rechtbank niet vaststellen dat de vordering op eiseres tot betaling van de hoofdsom is verjaard.

Dat de leningsovereenkomst tussen familieleden is gesloten, maakt het voorgaande niet anders.

Eiseres en erflater hebben namelijk een overeenkomst gesloten met een (zeer) zakelijk karakter: zij verkreeg aandelen in de BV, een gedeelte van de koopprijs leende zij van erflater en op deze aandelen werd daarom ten behoeve van erflater een pandrecht gevestigd.

Wilt u de gehele uitspraak bekijken? Klik dan hier.

Heeft u een vraag aan onze advocaat verdeling erfenis over de vereffening of verdeling van een erfenis, over de uitleg van een testament of over de nietigheid van een testament, over de taken en bevoegdheden van de executeur, over het kindsdeel of over de legitieme, of over het berekenen van de legitieme, belt u dan gerust onze advocaat verdeling erfenis op 020-3980150.

Wilt u meer weten over de verdeling van een erfenis, bezoek dan onze website over de verdeling van een erfenis. Klik dan hier.

Wilt u meer weten over het erfrecht, bezoek dan onze website. Klik dan hier.

Wilt u meer weten over ons advocatenkantoor? Klik dan hier.