De Rechtbank Den Haag heeft op 20 juli 2022 uitspraak gedaan over de vraag of een koopovereenkomst vernietigbaar was wegens misbruik van omstandigheden, een wilsgebrek.
Gedaagden stellen dat A niet goed wist wat hij deed en dat dat blijkt uit het overgelegde medische dossier, waarin staat dat hij al jarenlang alcoholverslaafd was en hierdoor allerlei klachten had.
Ze achten het aannemelijk dat dit ook tot een ernstige beschadiging van zijn hersenfuncties heeft geleid.
Ze voeren daarbij aan dat dit ook blijkt uit het feit dat A geen controle had over of zicht had op zijn financiën omdat hij al jaren veelvuldig was opgenomen in klinieken en/of ziekenhuizen en in die tijd eiser zijn financiën beheerde en grote bedragen van zijn rekening pinde.
Ook voeren ze aan dat de koopprijs niet marktconform was en dat dat een aanwijzing is dat A niet bij zijn verstand was.
Ten slotte merken zij op dat het voor A meer voor de hand had gelegen om een testament op te maken dan, in combinatie met een schenking, een woning te verkopen voor een door hen gesteld te laag bedrag.
Met dit laatste doelen ze erop dat deze constructie van de koopovereenkomst en de schenkingsovereenkomst een aanwijzing is voor zijn verwarde toestand omdat zo de toets van de wilsbekwaamheid door de notaris vermeden werd.
Volgens eisers was A helder toen hij de koopovereenkomst ondertekende.
Hij wist wat hij deed en wist waarvoor hij tekende.
Bovendien was het overlijden onverwacht en werd de koopovereenkomst niet in verband met zijn overlijden gesloten.
Eisers wijzen erop dat ook in het overgelegde medisch dossier staat dat uit neurologisch onderzoek volgt dat A helder en alert was tijdens de ziekenhuisopname.
Eisers betwisten dat eiser de financiën van A beheerde.
Alles wat eiser voor hem uitvoerde, deed ze met zijn toestemming.
Erfrecht. Koopovereenkomst vernietigbaar wegens een wilsgebrek? Woning voor een te lage prijs verkocht? Misbruik van omstandigheden? Geestelijke stoornis? Bewijslast. Alcoholverslaving.
De rechter oordeelt als volgt.
Gedaagden voeren aan dat A zijn woning niet daadwerkelijk wilde verkopen voor de koopprijs.
Ze doen daarbij een beroep op nietigheid wegens wilsonbekwaamheid omdat A niet ‘compos mentis’ was ten tijde van het sluiten van de koopovereenkomst.
De rechtbank begrijpt dit verweer als een beroep op de vernietigbaarheid wegens een geestelijke stoornis op grond van artikel 3:34 van het Burgerlijk Wetboek (BW) omdat A niet goed wist wat hij deed.
Ook doen gedaagden een beroep op de vernietigbaarheid wegens misbruik van omstandigheden op grond van artikel 3:44 lid 1 en 4 BW.
Ook hiervoor voeren ze aan dat A niet goed wist wat hij deed ten tijde van de koopovereenkomst.
Verder wordt voor misbruik van omstandigheden aangevoerd dat eisers wisten van de geestelijke toestand van A omdat eiser het financiële beheer voor hem voerde.
Ook zouden zij weten dat de koopovereenkomst nadelig was voor hem omdat evident was dat de koopprijs niet marktconform was.
Voor toepassing van artikel 3:34 BW moet sprake zijn van een geestelijke stoornis; voor toepassing van artikel 3:44 lid 4 BW moet een bijzondere omstandigheid vast komen te staan, waarvan misbruik wordt gemaakt.
Dat hier sprake van is dienen gedaagden te stellen en zo nodig te bewijzen.
De rechtbank merkt allereerst op dat een alcoholverslaving niet per definitie tot een ernstige aantasting van de hersenfuncties leidt.
Het overgelegde gedeelte uit het medisch dossier biedt ook geen steun aan de stelling dat A niet goed wist wat hij deed.
Daarmee is het standpunt van gedaagden onvoldoende onderbouwd.
Een aantasting van zijn hersenen kan ook niet afgeleid worden uit de overige omstandigheden die gedaagden hebben aangedragen.
Dat A zijn geldzaken niet goed overzag en het beheer van zijn financiën aan eiser overliet is door eisers betwist en door gedaagden niet onderbouwd.
Ook de stelling dat de woning meer dan € 400.000,00 waard zou zijn, hebben gedaagden niet onderbouwd.
Uit het door eisers overgelegde taxatierapport blijkt ook niet dat de woning voor een te lage prijs verkocht was, zeker gelet op het feit dat de woning geheel of gedeeltelijk verhuurd dan wel bewoond werd.
De rechtbank begrijpt dat het voor gedaagden vragen oproept dat A tegelijk met de verkoop van zijn huis ook een bedrag aan eiser schonk, maar volgt hen niet in hun betoog dat het de bedoeling was om aan de toets van de wilsbekwaamheid (bij het opmaken van een testament) te ontsnappen.
Dat de overeenkomsten op dezelfde dag zijn getekend, is voor de rechtbank onvoldoende om de aangevoerde samenhang tussen de koopovereenkomst en de schenkingsovereenkomst aan te nemen.
Wilt u de gehele uitspraak bekijken? Klik dan hier.
Heeft u een vraag aan onze advocaat verdeling erfenis over de vereffening of verdeling van een erfenis, over de uitleg van een testament of over de nietigheid van een testament, over de taken en bevoegdheden van de executeur, over het kindsdeel of over de legitieme, of over het berekenen van de legitieme, belt u dan gerust onze advocaat verdeling erfenis op 020-3980150.
Wilt u meer weten over de verdeling van een erfenis, bezoek dan onze website over de verdeling van een erfenis. Klik dan hier.
Wilt u meer weten over het erfrecht, bezoek dan onze website. Klik dan hier.
Wilt u meer weten over ons advocatenkantoor? Klik dan hier.